donderdag

15-12-2011

Vandaag ben ik reeds een week thuis. Ik blik nog even terug naar mijn laatste week in Aubenas. Vrijdag heb ik voor de laatste keer mijn bus gemist. Ik was te laat in literatuur, maar ik bleef welkom.  In Grieks hielden we een feestje. Ik had Pringles mee. Fransen zitten blijkbaar met hetzelfde probleem als ik: eenmaal je begint met Pringles te eten, kun je onmogelijk ophouden. Ook in Latijn was er een feestje. Voedsel was er in overvloed. Dora en ik kregen elk een Frans boek over mythologie van de juf cadeau. (Ik kreeg Les Métamorphoses van Ovide.) Vorige week was ook de bac van sport. Vooraf hadden we nog met ons groepje afgesproken dat als er iets misging, we gewoon zouden doen alsof dat bij het dansje hoorde. Uiteindelijk ging er niks mis. (Behalve mijn make-up dan, ik moest mijzelf schminken…) Vrijdag had ik mijn laatste les theater. Er moesten telkens twee mensen naar voren gaan, de één moest een verhaal vertellen in een vreemde taal en dan moest de ander tolk spelen en het verhaal navertellen (de tolk moest dus ter plaatse een verhaal gaan uitvinden). Improvisatie. Normaal gezien hou ik mij eerder op de achtergrond, maar toen ben ik toch naar voren gestapt en heb ik geprobeerd een verhaal te vertellen in een vreemde taal, in mijn geval, in het Vlaams dus. Daarna werden de rollen omgedraaid. Mijn partner begon een verhaal te vertellen in het koeterwaals en ik mocht vertalen. “Bonjour à tous!” “Je vais vous raconter l’histoire de mon grand-père” “Il était gros” “mais il avait un petit coeur.” “et il il… il… » Tot zover mijn verhaal, mijn inspiratie en Frans waren opgebruikt. Op school voorzien ze elk jaar met Kerst een groot feestmaal, met ijstaart, chocolade,..  Dora en ik hebben dit moeten missen door onze terugkeer. Ik heb ook naar de Franse missverkiezingen gekeken. Zo leerde ik de namen van verschillende streken kennen. (Er zaten ook veel donkerkleurige meisjes tussen, dat verwonderde mij. Blijkbaar bezit Frankrijk nog overzeese departementen zoals la Réunion, Martinique,...)  De winnares is Miss Alsace geworden. Ze is roodharig en mooi! (La belle rousse a gagné!) Op mijn laatste dag in Frankrijk was er ook een feestje in filosofie. Iedereen had taarten gebakken. Ik zelf ook. (Een ramp.. Ik kende de keuken thuis helemaal niet en ik kreeg de oven maar niet aan. Er was niemand thuis behalve de broer en die lachte liever met mijn onhandigheden in plaats van mij te helpen. Bovendien had ik zijn bio-eieren –ik lach altijd met het feit dat ze hier bio-producten eten- gebruikt voor mijn taart en dat vergaf hij me niet. Van hem zou ik dus niet veel hulp krijgen. Hij zei trouwens dat ik daar toen al drie maanden leefde en ik best wel eens alles mocht weten liggen. (Ik vond maar geen bloem.) Al kon hij zelf ook wel de oven niet aansteken! Hij kon wel zijn eigen pizza in de microgolf steken. Uiteindelijk, nadat ik eerst zijn pizza heb moeten verstoppen, hielp hij me dan toch.) Ik kreeg van mijn leerkracht filosofie een filosofisch boek: La planète des sages. Mijn klas heeft er vooraan ingeschreven. Ze noemen me trouwens ‘Chachou’.  Ik vroeg of ze iedere Charlotte daar misschien zo noemden, maar blijkbaar ben ik de enige. ’s Namiddags ben ik dan nog gaan eten met enkele vrienden. (Woensdagmiddag eet men hier ook op school.) Het was bloedworst. We ontdekten dat een meisje, die aan onze tafel zat, haar haar precies hetzelfde kleur had als de bloedworst. We hadden het ook over de verschillen tussen Fransen en Belgen. (Dat de eerstgenoemden magerder zijn.) Daarna ben ik naar de Garden Center geweest waar ik een orchidee heb gekocht voor mijn gezin. Voor Clothilde kocht ik een stretch. (Dit woord kennen ze hier natuurlijk niet, une grande boucle d’oreille qui fait un trou dans ton oreille? Un écarteur.) Ik heb ook nog leren paardrijden. Mijn gastgezin heeft twee paarden, waarvan er één ontsnapte. Ik stond in een smal paadje met langs de ene kant een muur en langs de andere kant struiken en plots kwam dat paard daar aanlopen. Ik maakte me uit de voeten. Later heb ik toch nog durven te paard stijgen. Paardrijden is zo ingewikkeld!
Dit is de laatste keer dat ik schrijf. ’s Ochtends zal ik niet meer lopen om de bus te moeten halen. (Gênant, want iedereen die op de bus zit, ziet je wel degelijk lopen.) Geen leerkracht filosofie meer die mij telkens sympathiek vindt als ik iets doe. Geen zessenzestig trappen meer oplopen naar de theaterzaal. (Daarvan ben ik werkelijk buiten adem.) Ook geen vierenveertig trappen meer naar filosofie. (Ook buiten adem.) Ik zal het missen.

Mijn klas

1 opmerking: